Waarom ik in de UITweek mijn naam veranderde en wat ik daar nu nog van leer
Vliegende vaart. Ik fiets naar de stad. Wind door m’n haar. Plots zie ik ze fietsen. Tientallen nieuwe studenten. Een groepje rode shirtjes. Een groepje met bloemenslingers om hun nek. Aan hun twijfelende blik en houding te zien duidelijk nog niet bekend in Utrecht. Oplettend fietsen ze achter iemand aan. Hun intro-pappa of –mamma? En ik denk “Ah, gossie”.
Het is weer UITweek in Utrecht. De introweek waarin nieuwe studenten kennismaken met de stad en het studentenleven.
Glimlachend en met wat weemoed mijmerend over mijn eigen introweken – long time ago – fiets ik verder. Me afvragend of mijn introweek toen ook al UITweek heette. Ook ik fietste toen in zo’n groepje. Langs studentenverenigingen en plekken in mijn nieuwe woonplaats Utrecht. Kennismaken met de stad, mijn medestudenten en het studentenleven. Zoekend naar wie ik was, naar aansluiting, naar waar ik bij wilde of mocht horen, naar geen idee wat. Eigenlijk deed ik maar wat.
.
Ik deed maar wat
Misschien was dat in die weken wel het mooiste. Dat ik gewoon maar wat deed. Wat uitprobeerde, ervoer en keuzes maakte. Waarbij het niet eens zo uitmaakte welke keuze ik maakte. Dat er niemand was die daar een oordeel over had of iets van mij verwachtte in die tijd. Ze kende mij immers nog niet en ik mocht doen wat ik zelf wilde. Wat voor mij goed voelde.
Een nieuwe naam
Zo begon ik die UITweek als Karel Paludanus. Eigenlijk heet ik Caroline, maar dat was zo’n populaire naam dat ik vaak met nog een Caroline in de klas zat. Om ons uit elkaar te houden noemden ze ons dan Caroline A of B – of – 1 of 2. Superstom! En ja hoor, in mijn Utrechtse studentenhuis woonde alweer een Caroline. Ik besloot het direct over een andere boeg te gooien. Vanaf de UITweek noemde ik mezelf Karel. Ik vond het zelf supergrappig en iedereen vond het helemaal prima.
Wat maakt het uit?
Na die week vond ik Karel toch te veel een jongensnaam en ook niet zo leuk matchen met mijn achternaam. En ach, wat maakt het uit, vanaf de tweede week in Utrecht begon ik mezelf Charlie te noemen. Een naam die me nog steeds past als een jas. Zo simpel kan het dus gaan om iets te veranderen in je leven en om het nogmaals aan te passen als het niet helemaal naar je zin is.
Zoals ik intuïtief koos voor een nieuwe naam, koos ik ook een studentenvereniging, de mensen en groepjes waar ik mee optrok, de feesten waar ik heen ging en de jaarclubs en het dispuut waar ik lid van werd. Ook hier sneuvelden sommige initiatieven en bleven andere. We deden allemaal maar wat. Net zoals het liep.
Leef alsof je opnieuw mag beginnen
Terwijl ik zo mijmer over die introtijd, kom ik tot een besef. Wat zou het toch mooi zijn als we vaker zouden leven alsof je opnieuw mag beginnen. Zonder verwachtingen. Zonder dat je moet blijven doen wat je altijd al deed. Dat je juist die dingen mag doen of ontwikkelen die je, stiekem, altijd al hebt willen doen of veranderen.
Een ander kapsel of kledingstijl, je relatie verbeteren, een ander huis of andere baan. Die cursus, opleiding of hobby waar je al jaren naar smacht. Eindelijk dat probleem eens bij de kop pakken dat je mateloos in de weg zit. Misschien wel je perfectionisme en to-do lijstjes rigoureus overboord gooien. Of juist genieten van wat je hebt en waar je bent.
Dat je dus gewoon mag veranderen, uitproberen, bijstellen en voluit leven. Gewoon omdat jij bent wie je bent en mag doen wat je wilt.
Stel je eens voor dat dat allemaal mag, wat zou jij dan doen? Welke kleine of grote stap zou jij dan zetten?
Ik ben benieuwd,
12 thoughts on “Waarom ik in de UITweek mijn naam veranderde en wat ik daar nu nog van leer”