Wanneer ben je hersteld van een eetstoornis?
Pffffff, wat stom van me. Ik zit met Annelot, 20 jaar, aan tafel. “Ik wil nu echt eens van het laatste staartje van m’n eetstoornis af”, verzucht ze. Ik leef mee, luister, vraag waar ze precies nog last van heeft. Opeens zeg ik “Dat klinkt als hoe ‘normale mensen’ omgaan met eten. Volgens mij doe je het hartstikke goed en heeft dit niets meer met een eetstoornis te maken”. Ik zie de opluchting op haar gezicht. Dat was de bevestiging die ze nodig had. Oeps…. en die was ik nou net helemaal vergeten te geven. Terwijl dat natuurlijk één van de belangrijkste vragen is om te beantwoorden: Wanneer ben je hersteld van een eetstoornis?
Hoe het met Annelot is, lees je onderaan dit blog. Eerst maar eens die belangrijkste vraag beantwoorden die ik bij Annelot was vergeten.
Wanneer ben je hersteld van een eetstoornis?
Tja, die belangrijke vraag: wanneer ben je hersteld van een eetstoornis? Feitelijk ben je hersteld als je al een geruime periode (zo’n 8 weken tot drie maanden) stabiel bent en geen kenmerken meer vertoont van de eetstoornis* waar je last van had. Dit betekent bij de meeste eetstoornissen dat:
- Je een stabiel en gezond eetpatroon hebt en niet meer extreem weinig of veel eet.
- Je geen eetbuien meer hebt.
- Je je eetpatroon niet meer compenseert met ongezond gedrag (braken, laxeren, obsessief sporten, streng op dieet of maaltijden overslaan).
- Je een gezond gewicht hebt (of daarnaar onderweg bent).
- Je je zelfvertrouwen niet meer laat afhangen van uiterlijk of gewicht.
*De specifieke kenmerken per eetstoornis, vind je via deze links: eetbuistoornis (binge eating), boulimia, anorexia en overige eetstoornissen.
Klinkt overzichtelijk. Toch weet ik uit ervaring hoe kwetsbaar herstel kan zijn als de focus bij herstel alleen ligt op een gezond, stabiel eetpatroon en gewicht. Ook uit onderzoek blijkt dat er meer factoren belangrijk zijn om aan te werken. Factoren die misschien zelfs wel belangrijker zijn voor duurzaam en definitief herstel. Om volledig te kunnen herstellen en de kans op terugval te verminderen is het namelijk belangrijk om breder te kijken dan alleen gewicht of je eetpatroon. Wat er verder nog nodig is? Nou, best veel. Zelfs dingen, waar ook ‘normale mensen’ (dus zonder eetstoornis) niet altijd even handig mee om gaan.
De belangrijkste factoren van herstel
Ik heb ze voor je op een rijtje gezet. Ik heb het maar voor het gemak ingedeeld in twee kolommen. Met in de eerste kolom wat ‘eetstoornis’ oftewel ‘onhandig of ongezond denken en doen’ is en in de tweede kolom wat ‘normaal, gezond denken en doen’ is. Je kunt het overzicht ook downloaden als pdf.
De informatie over deze belangrijke factoren is zowel gebaseerd op onderzoek als uit mijn praktijk en eigen ervaring. Wil je meer hierover lezen, raadpleeg dan het boek “Eetstoornissen overwinnen, kan dat?” van dr. Greta Noordenbos, of het nieuwe “Handboek Eetstoornissen” dat in 2018 is verschenen. .
En ben je dan klaar als je hersteld bent?
Ik voelde me, na zeven jaar boulimia, al een hele pief toen ik twee weken geen eetbuien meer had en niet meer had gebraakt, maar natuurlijk was ik toen nog niet klaar. Ik ben nog wel een jaar bang geweest voor terugval en heb in dat jaar steeds bewust aandacht moeten besteden aan ‘gezond gedrag’. Gelukkig ben ik nooit teruggevallen, maar ik was me terdege bewust dat het wel zou kunnen voorkomen. Terecht ook. Want de kans op terugval is aanzienlijk: 20-57%.
Terugvalinformatie
- Anorexia (kans op terugval 30-57%): de eerste 18 maanden is het terugvalrisico het hoogst. Terugval wordt vaak getriggerd door weer opkomen van anorectische gedachten rondom gewicht, lichaam en beweegdrang na afronding van de therapie.
- Boulimia (kans op terugval 21-55%): de eerste twee jaar is het terugvalrisico het hoogst, waarvan de eerste vier maanden het meest kwetsbaar. Belangrijkste momenten van terugval zijn ‘life events’ als scheiding, nieuwe baan, overlijden of ziekte van dierbaren, verhuizing en hoge werkstress of sociale stress.
- Eetbuistoornis (kans op terugval 20-30%): helaas is hier geen informatie bekend over hoe lang hier het terugvalrisico is, maar mogelijk is dat vergelijkbaar met boulimia. Een belangrijke trigger kan zijn om na behandeling toch weer te streng op dieet te willen.
“If your past calls, do not answer. It has nothing new to say.”
Wees je dus bewust dat terugval mogelijk is en schrik er niet van als je opeens weer ‘eetstoornis-gedrag’ of ‘eetstoornis-gedachten’ krijgt (kolom 1). Dus pak bovenstaand overzicht erbij zodra je ‘oud gedrag’ weer voelt opkomen en pak de draad van Vrij leven en eten (kolom 2) weer op. Met mensen die ik begeleid maak ik hiervoor altijd een persoonlijk terugvalpreventieplan (een plan waarin we alle risico’s in kaart zijn gebracht en waarin ook staat wat je zelf kunt doen als je dreigt terug te vallen en hoe je omgeving je dan kan steunen en helpen).
Hoe is het met Annelot?
Annelot was 19 toen ze anderhalf jaar geleden voor het eerst bij mij kwam. Na een periode van koolhydraatarm eten en suikers vermijden vanwege buikklachten, kreeg ze last van eetbuien. Deze kwamen vooral voor als ze alleen was, zich verveelde, gestrest was of als ze aan het piekeren sloeg over of ze wel goed genoeg was (in haar eigen ogen of die van anderen). Compenseren door minder eten of braken moesten vervolgens de angst om dik en afgewezen worden, beteugelen. Hard werken dus op een dun lijntje van perfectie en behoefte aan controle.
Na het succesvol volgen van het intensieve drie-maanden-programma, komt Annelot met tussenpozen nog terug voor een vervolgsessie. Eerst nog één keer per vier weken maar het laatste jaar nog één keer per twee of drie maanden. Als steuntje in de rug. Om nog even de laatste puntjes op de i te zetten. Om te kijken wat nog moeilijke momenten zijn en hoe ze daarmee om zou kunnen gaan. Maar de laatste maanden allang niet meer alleen over thema ‘eetstoornis’, maar vooral op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en hoe om te gaan met allerhande ingewikkelde situaties in het studentenleven.
Eigenlijk gaat het met Annelot hartstikke goed. Ze studeert, heeft een rijk sociaal leven, durft weer alles te eten, heeft een gezond gewicht, een normaal eetpatroon en heeft geen eetbuien meer. Ook heeft ze de afgelopen twee maanden niet meer gebraakt. Ze weet al geruime tijd haar persoonlijke terugvalpreventieplan keer op keer toe te passen. Natuurlijk piekert ze nog wel eens of is onzeker, maar ze kan dit ‘handelen’ door erover te praten met anderen. Ze verdooft deze gevoelens in ieder geval niet meer met eten en compenseren. Toch is Annelot nog niet tevreden. Ze geeft zelf aan dat het nu wel in 95% van de gevallen goed gaat, maar dat ze soms toch meer eet dan ze zou willen eten. Bijvoorbeeld twee-en-halve choco-rijstwafel terwijl ze maar een halve had willen eten. Bij navraag was het etenstijd, had ze geen zin om te koken, kon ze bewust stoppen met de rijstwafels en heeft uiteindelijk toch een gezonde maaltijd voor zichzelf gemaakt. Kortom, een prima reactie op een moe moment.
En toen had ik het door. Dit was niet meer een stukje eetstoornis. Dit was het onderliggende perfectionisme. Want Annelot wilde dat ook die laatste 5% onbezonnenheid of plotselinge zin in lekkers zouden verdwijnen. Het moet 100% perfect. Het uitspreken en samen uitpluizen relativeerde al een boel. Zeker toen ze zich realiseerde dat het een ‘mission impossible’ is om alles 100% perfect te doen in haar leven. Dat als ze dat zou blijven hanteren in sociale relaties, liefde, studie, werk en met eten, dat het onhaalbaar zou zijn en dat ze dan altijd met een ontevreden, gefrustreerd gevoel rond zou blijven lopen.
Annelot herformuleert tijdens de sessie haar doel. In plaats van 100% perfect wil ze voortaan gaan voor de ‘menselijke maat’. En dat betekent dat het oké is als je ook af en toe fouten maakt, dat je af en toe ook onhandig gedrag vertoont in sociale situaties of dat het prima is om te merken dat je, als je een keer te laat gaat koken, net even een choco-rijstwafel meer eet dan je zou willen.
Kortom, Annelot is hersteld van haar eetstoornis. Maar dat had ze pas door, toen we samen doornamen waar ze stond en ik uitsprak dat waar ze nu last van had, niet meer een eetstoornis was. Project eetstoornis is dus afgerond en de komende tijd gaat ze zelf aan de slag om haar perfectionisme om te zetten naar de ‘menselijke maat’.
Bij de deur nemen we afscheid. Ik ben trots op haar en wat ze heeft bereikt en heb er alle vertrouwen in dat die ‘menselijke maat’ haar de komende tijd veel gaat brengen.
Ik hoop dat deze blog jou ook helpt op weg naar vrij leven en eten.
Meer lezen?
- Vicieuze cirkel van eetbuien en boulimia
- Een eetstoornis is niet raar
- Hoe doorbreek ik mijn obsessie voor eten?
- Leuk al die tips, maar die werken toch niet
- Afscheid van mijn eetstoornis
- Leven zonder eetstoornis. Fake it till you make it
Wat roept deze blog over herstel bij jou op?
Deel gerust je vragen of opmerkingen over herstellen in het reactieveld hieronder.
7 thoughts on “Wanneer ben je hersteld van een eetstoornis?”